Begroting 2021

Home

Bijlagen

Uitgangspunten begroting 2021 - 2024

Algemeen

In dit hoofdstuk beschrijven we de spelregels, uitgangspunten en grondslagen die we bij de opstelling van deze begroting hebben gehanteerd. Deze spelregels zijn hieronder verkort opgenomen.

Salarissen

Voor wat betreft de nog af te sluiten CAO per 1-1-2021 wordt uitgegaan van een salarisverhoging van 2,8%. Hierbij wordt aangesloten met de verhoging zoals die ook door de gemeenschappelijke regelingen wordt gehanteerd.
Voor medewerkers die gebruik maken van de 60+regeling (korter werken met gedeeltelijke inlevering van salaris inclusief volledige pensioenopbouw), wordt de volgende werkwijze voorgesteld:
In de begroting worden de salariskosten berekend op basis van de formatieve fte's. In principe  wordt hierbij uitgegaan van volledige herbezetting. Jaarlijks zal bij de Zomernota worden beoordeeld in hoeverre bijstelling van de salariskosten noodzakelijk is en wordt de noodzakelijke hoogte van de te vormen voorziening bepaald.

Loon- en prijsontwikkeling m.b.t. diensten van derden

Met betrekking tot de loon- en prijsontwikkeling hanteren we voor de begroting 2021 een verhoging van maximaal 2%.

Goederen en diensten

Uitgangspunt is geen volume-uitbreiding. In geval dat toch sprake is van volume-uitbreiding dient dit gespecificeerd te worden toegelicht.

Huren en pachten

De ramingen voor huren en pachten worden aangepast conform overeenkomsten dan wel wettelijke verhogingen. De betrokkenen dienen hierover tijdig te worden geïnformeerd.

Gemeenschappelijke regelingen

Voor de gemeenschappelijke regelingen geldt dat deze hun beleid presenteren op basis van ongewijzigd beleid. Nieuw beleid dient apart inzichtelijk te worden gemaakt en goedgekeurd door de deelnemende gemeenten. Door het rijk opgelegde efficiencykortingen voor gedecentraliseerde taken en andere algemeen geldende tegenvallers dienen zoveel mogelijk te worden vertaald richting de gemeenschappelijke regelingen. Afgesproken jaarlijkse indexeringen zullen worden verwerkt in de begroting. In de zienswijze op de diverse begrotingen is opgeroepen tot het matigen van de uitgaven.

Rente- en afschrijvingsbeleid

Afschrijvingen

De investeringen zullen globaal getoetst worden op resterende nuttigheidsduur, gerelateerd aan de restant afschrijvingstermijn. Bij investeringen waarvan de resterende nuttigheidsduur beduidend afwijkt van de restant afschrijvingstermijn, kan extra worden afgeschreven dan wel opgewaardeerd.

Rentebeleid

In het gewijzigde BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) vindt het toerekenen van rente aan de taakvelden plaats via het taakveld treasury. In feite fungeert het taakveld treasury als een kostenplaats. In de gemeente Someren vertoont de treasuryfunctie een voordelig saldo. De rente-inkomsten zijn immers hoger dan de rentekosten. We hebben geen enkele langlopende lening uitstaan. Om deze reden vindt er onder het nieuwe regime van het BBV geen toerekening van rente plaats aan de taakvelden.
Alhoewel in het BBV vooralsnog de mogelijkheid blijft bestaan om een rentevergoeding (of een vergoeding voor de inflatie) over het eigen vermogen te berekenen en deze door te belasten aan de taakvelden, adviseert de Commissie BBV deze systematiek niet (meer) toe te passen. Het volgen van dit advies houdt in dat we geen rente meer toevoegen aan reserves en voorzieningen. Wij volgen het advies van de Commissie BBV.

Belastingen en rechten

Onroerende-zaakbelasting

Ten aanzien van de tarieven OZB wordt conform bestaand beleid uitgegaan van een stijging met het inflatiepercentage van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de tarieven worden vastgesteld. Voor 2021 betekent dit een verhoging (op basis van het inflatiepercentage van 2019) met 2,7% volgens opgave van het CBS. Daarnaast wordt een extra verhoging doorgevoerd van 5% zoals opgenomen in de kadernota.

Rioolrechten

In het dekkingsplan riolering is het rioolrecht voor de komende jaren “vastgelegd”. De gevolgen hiervan zullen in de begroting worden verwerkt.

Afvalstoffenheffing

Bij de afvalstoffenheffing/reinigingsrecht geldt als uitgangspunt dat de tarieven volledig kostendekkend zijn.

Niet-ingezetenenbelasting

Voor het tarief van de niet-ingezetenen belasting wordt uitgegaan van een stijging met het inflatiepercentage van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de tarieven worden vastgesteld. Daarbij wordt opgemerkt dat het tarief eerst wordt aangepast, indien de gecumuleerde verhogingen afgerond 5 eurocent bedragen.

Overige heffingen

De overige heffingen (hondenbelasting, marktgelden en leges) dienen zoveel mogelijk kostendekkend te zijn.

Sociaal Domein

De bijdrage aan Senzer is conform de ontwerp begroting van Senzer in de gemeentelijke (meerjaren)begroting 2021-2024 geraamd, waarbij de lasten inzake doorbetaling van Wsw-oud en Participatiebudget gebaseerd zijn op de meicirculaire 2020.
De ramingen van de zorgkosten 2021 (WMO/Jeugd/BMS) zijn gebaseerd op de ontwikkelingen  zoals aangegeven door de GR Peelgemeenten. Hierin wordt rekening gehouden met een toename van de zorg en hulpvraag en een toename van de kosten.

Expliciet dient gemeld te worden dat de ontwikkelingen zorgkosten in 2021 i.v.m. de Corona-crisis zeer onzeker zijn en in het verlengde daarvan de financiële consequenties voor deze begroting. Het risico is toegenomen dat alle ontwikkelingen niet meer binnen het budget van het Sociaal Domein zijn op te vangen. Ook omdat de rijksbijdrage geen gelijke tred houd met de zorgkostenontwikkeling.

Spoor 2

In de begroting 2021- 2024 zijn alle voorstellen uit de kadernota 2021 verwerkt.

Deze pagina is gebouwd op 10/28/2020 11:18:14 met de export van 10/28/2020 11:03:43